Oude Stad Tábor

De skyline van de stad wordt gedomineerd door de gotische dekenkerk, die van ver zichtbaar is omdat deze zich op het hoogste punt van de stad bevindt (aan de noordelijke zijde van het plein). Daarnaast is er het indrukwekkende laatgotische stadhuis, waar het Hussietenmuseum is gevestigd en waarvandaan de ondergrondse gangen van Tábor toegankelijk zijn. Het Žižka-plein wordt omringd door architectonisch waardevolle patriciërshuizen – het Škoch-huis, de huizen nr. 12, 13, 16, 17, 18 en 19, het Lichvic-huis en het Ctibor-huis. Het centrale deel van het plein wordt verfraaid door een renaissancefontein en een monument voor Jan Žižka van Trocnov.

Het uiterlijk van de meeste bestaande patriciërshuizen werd pas voltooid na grote branden in 1532 en 1559. Hun kernen en gevels dateren uit de late gotiek of de renaissance. De barok-, rococo- en empirestijlen zijn minder vertegenwoordigd.

Rijke fresco's, sgraffiti en geveldecoraties zijn typerend voor deze huizen. Laten we ten minste enkele voorbeelden noemen van de huizen die het Žižka-plein omringen: het Škoch-huis, het Lichvic-huis en het Ctibor-huis, evenals de huizen nr. 17, 18 en 19. In de Pražská-straat vinden we ook prachtige huizen met fresco’s, zoals het Stárek-huis.

Meer informatie over individuele huizen is te vinden in een folder over Tábor, die verkrijgbaar is bij het Toeristisch Informatiecentrum.